Het is belangrijk om stotteren bij jonge kinderen vroeg te behandelen, maar wel na een periode van monitoring. Een nieuwe Australische methode en de gangbare Nederlandse methode blijken even effectief.
Dit zegt Caroline de Sonneville, wetenschapper aan de Erasmus Universiteit in Rotterdam.
Promovenda De Sonneville onderzocht de invloed van stotteren op kinderen en volwassenen en de behandeling van jonge kinderen. Dit waren de in Nederland gangbare RESTART-DCM behandeling en een Australische methode: het Lidcombe Programma.
Driekwart herstelt
In de studie van De Sonneville werden 199 kinderen in de leeftijd van 3 tot 6 jaar die minstens zes maanden stotterden behandeld volgens twee stotterbehandelmethodes. In beide gevallen was ongeveer driekwart van de kinderen na achttien maanden hersteld. “Daarom is het belangrijk met vroegtijdige interventie blijvend stotteren te voorkomen.”
Té vroeg behandelen kan echter averechts werken. De Sonneville: “Onze data laten zien dat behandeling van jonge kinderen die stotteren in de Nederlandse logopedie wellicht te snel wordt ingezet. Ik pleit voor een fase waarin het kind gemonitord wordt, alvorens besloten wordt om behandeling wel of niet op te starten. Deze fase kan tot ongeveer een jaar duren.”
Verlaagde levenskwaliteit
Ongeveer 5 á 11 procent van alle kinderen stottert een periode. Bij de meeste kinderen wordt het stotteren na verloop van tijd vanzelf minder en gaat het uiteindelijk over. Volwassenen die ernstig stotteren hebben volgens De Sonneville een verlaagde levenskwaliteit. In hoeverre deze verlaagd is, hangt af van hoe ze met hun stotteren omgaan.
Bron: http://www.nu.nl/gezondheid/4153781/behandeling-stotteren-jonge-leeftijd-belangrijk.html